menu

Geschiedenis Velpse Schaakvereniging (2) (door Eric de Winter)

Hoofdstuk 2


De naoorlogse jaren tot de sixtees


In October ’45 bedraagt het aantal leden twaalf met een ‘goede en gezonde kern’ van acht wat volgens de secretaris een bewijs is van het weder oplevend schaakleven.


Er werden enige annonce’s en berichten in den Velpsche Courant geplaatst welken door den Heer Kerkkamp op eminente wijze werden verzorgd.


Een jaar later is het ledental al gegroeid tot twintig. Op 11 mei 1946 geeft den kampioen van Arnhem de Heer B. Perfors een simultaanseance waaraan door 24 spelers, in hoofdzaak niet-leden, wordt deelgenomen. De heren Van Gorkum en Richel behalen een remise, twee anderen winnen. De eerste krachtmeting na de oorlog is een vriendschappelijke tegen De Vrijpion uit Arnhem. Het wordt een eclatante 10½-½ overwinning. Ook de returnwedstijd levert een grote overwinning op. Na de eerste wedstrijd gaat V.S.V. in op een verzoek van den voorzitter der Geldersche Schaakbond, tevens secretaris van de schaakvereniging „De Paaschberg” om deel te nemen aan een vierkamp. Naast deze twee clubs doen de Nieuwe Arnhemsche Schaakvereniging en de Chr. Schaakvereniging Oost Arnhem mee. De drie wedstrijden worden gewonnen. De Algemene Vergadering van 1 October 1946 besluit tot aanschaf van een exemplaar van het Van Foreest gedenkboek. Jhr. A.E. van Foreest is aan het eind van de 19e eeuw drie keer kampioen van Nederland en is inderdaad de betovergrootvader van de bekende schaakbroers- en zusjes van de 21e eeuw. Bijzonder is ook dat onze latere voorzitter Piet Roest een directe nazaat van hem is. Het idee om dit boek te verspreiden komt van de K.N.S.B. Helaas bevindt het gedenkboek zich niet meer in ons archief.


Een voorstel om de contributie op ƒ 1,25 per maand te stellen ging niet door, daar eenige leden tegen maandelijkse heffing bezwaar hadden, daarna werd voorgesteld de contributie op 30 ct per week te brengen en hiermede was de vergadering het eens. … De heer Bottema heeft bij het nazien van het materiaal, geconstateerd dat, één spel niet compleet is, er ontbreekt namelijk ‘n witte pion en ’n zwart paard aan en vraagt of er soms leden zijn die dit tekort, zonder kasbezwaren, kunnen aanvullen; eenige leden maken bekend hierin wel te kunnen voorzien.


Inmiddels wordt in de stukken gesproken over de OSBO. Dat klopt want in het Tijdschrift van den Koninklijken Nederlandschen Schaakbond van november 1946 staat vermeld dat op 7 september 1946 de oprichting van den Oostelijke Schaakbond plaatsvond, ontstaan uit de samensmelting van de Geldersche- en Geldersch-Overijsselsche Schaakbonden. 1e Secretaris was de heer K. Bruin, die veel later nog lid is geweest van V.S.V. Uit het Tijdschrift: “Het Bondsbestuur spreekt zijn waardering uit aangaande deze vereeniging van twee kleine bonden tot een grooten bond en verwacht er verhooging van den bloei van het schaakleven van in het Oosten des lands.” Intussen zien we op onze ledenlijst bekende namen als die van F. van Gorkum, A.M. Bottema, H. Kerkkamp, J.A. van Beek, R. Steenstra, B.H. de Winter, H.W. Germeraad, F.K. Weidema en E.J. Janssen. Veel van deze namen komen in dit historisch overzicht later terug. Het ledental stijgt gestaag. Bij de Algemene Jaarvergadering van 2 September 1947 zijn 18 van de 23 leden aanwezig.


Met algemene stemmen wordt na diverse besprekingen besloten art. 7 van het Huishoudelijk Reglement zodanig te wijzigen dat de leeftijdsgrens van 16 jaar voor aanmelding als lid komt te vervallen.


In bijna alle vergaderingen wordt het te volgen systeem voor de onderlinge wedstrijden besproken. Soms leidt dit tot uitvoerige discussie. Als nieuw lid wordt de heer Van Perlo aangenomen. De clubavond verhuist weer naar de Woensdag, de reden is dat door het toegenomen ledental een grotere zaal nodig is. Dit kan wel in het N.H.V.-gebouw maar niet op dezelfde avond. Gongwedstrijden blijven populair. Op 8 oktober 1947 wordt mej. A.M. Hoekstra als lid aangenomen, de eerste dame op de V.S.V.-ledenlijst. In het seizoen daarop verdwijnt de pas één jaar secretaris zijnde heer Van Iersel plotseling van het toneel. De notulen vermelden hierover het volgende:


Bestuursverkiezing. Alvorens hiertoe over te gaan legt de voorzitter het ontbreken van de secretaris de heer v.Iersel uit. Na de in Maart-April gehouden wedstrijden om het persoonlijk kampioenschap van Velp heeft de heer v.I. taal noch teken van zich laten horen. De voorzitter heeft hem enkele malen geschreven en om toelichting van zijn stilzwijgen gevraagd. Zonder resultaat.


Een maand later wordt deze kwestie in een nieuwe vergadering besproken, met de heer Van Iersel. Die heeft inmiddels zelf bedankt zodat een voorstel tot royement wordt herroepen. Hij heeft aan al zijn verplichtingen voldaan maar krijgt nog wel een sneer mee, want hem zal schriftelijk afkeuring voor zijn gevoerde beleid worden medegedeeld. Het hoe en waarom wordt niet duidelijk. De heer H.W. Germeraad, lid vanaf juni 1947, neemt het secretariële roer over. Dit wordt een periode van 18 jaar als de rechterhand van voorzitter J.A. van Beek. Het lidmaatschap is in die tijd wel een punt, er wordt over elke toetreding gestemd. Er is zelfs een motie ingediend over de heer Rupp, dit zal dezelfde heer Rupp zijn als uit de begintijd. Hoewel de stemming 12-2 ten gunste van diens lidmaatschap uitwijst staat hij nooit meer in de ledenlijsten. Ook lid wordt de heer H.L. Brinkman. Vanwege de betekenis van H.W. Germeraad voor VSV een citaat uit www.historievandaalhuizen.nl:


Zo ook Hendrik Lukas Brinkman (30) en Hans Willem Germeraad (27), zij starten op 1 maart 1943 een handelsvennootschap. Als doel geven zij op ‘het waarnemen van elektrotechnische agenturen’ en hun briefpapier vermeldt: ‘Fa. Brinkman & Germeraad Technisch Handelsbureau’. De firma wordt gevestigd in het woonhuis van de familie Brinkman, Egmondstraat nummer 11, een schuurtje dient als magazijn. De spaarbankboekjes werden geplunderd en ook ouders droegen iets bij. 


Later wordt ‘Brinkman & Germeraad’ een begrip in Velp met de slogan ‘alles wat schakelt’. In het seizoen 1948-1949 speelt VSV 1 in een poule met SMB 2 Nijmegen, Brummen 1, DDD 1 Nijmegen, Toren 1 Spankeren en Koningsloper 1 Arnhem. Er is dan ook een 2e VSV-team dat onder andere De Steeg 1 treft. VSV 1 doet het heel goed in de 1e klasse C en bereikt de tweede plaats maar VSV 2 lijdt veel zware nederlagen in de 3e klasse D. Er wordt in principe besloten tot het organiseren van wedstrijden om het kampioenschap van de gemeente Rheden, dit in verband met het 15-jarig jubileum, met een simultaanwedstrijd tegen niemand minder dan M. Euwe. Gedacht wordt aan inleggeld voor de deelnemers en een entreeprijs voor toeschouwers. De financiële stand van zaken wordt ‘kerngezond’ genoemd, het saldo is opgelopen van ƒ 88,96 tot ƒ 133,32.


Het huidige clublokaal is door het rumoer van de onder ons opererende accordeonvereniging minder geschikt voor het houden van een tournooi.


Een voorstel een herinneringsspeldje uit te geven haalt het niet. Over de simultaan tegen Euwe is niets meer geschreven, of het te duur is of dat hij niet beschikbaar is weten we dus niet. Wel is er een gezellige avond voor leden met hun dames. Op 7 October 1949 beginnen de Kampioenswedstrijden om de schaaktitel in de Gemeente Rheden. Er zijn maar liefst 35 inschrijvingen waaronder zes spelers uit Dieren, drie uit De Steeg en vier niet-leden. Er wordt gespeeld in drie klassen, met voorrondes en de finale in groepen. De heer D. Schuitmaker wordt de eerste kampioen na een beslissingswedstrijd met de heer J.C. Richel. De tweede klasse wordt een prooi van oud-lid B.H. de Winter en de derde van de heer E.J. Janssen. In de OSBO-competitie strijdt VSV 1 opnieuw volop mee om de titel; met VSV 2 gaat het iets beter maar dat team verliest wel met 1-9 van Pionnetje uit Rheden. Het ledental neemt in het seizoen 1949-1950 toe van 22 naar 29. In de ledenlijsten is er nog geen spoor van schakers uit Rozendaal, de eerste Rozendaler komt pas in februari 1950, een paar weken na de komst van de heer G.C. van Perlo. In de notulen is geen besluit tot verandering van clubavond te vinden, maar het blijkt dat vanaf het gemeentelijk kampioenschap op vrijdag wordt gespeeld. Misschien om geen hinder meer te ondervinden van de accordeonklanken? Uit de notulen van de Jaarvergadering van 1 September 1950:


Prijsuitreiking: alle prijzen bestaan uit rookartikelen.


Klaarblijkelijk zijn alle prijswinnaars rokers! De interne competitie wordt nog steeds in een groepensysteem georganiseerd. Moeilijk te regelen partijen mogen thuis worden gespeeld en voor niet gespeelde wedstrijden wordt ¼ punt toegekend. Van nieuwe leden wordt de speelsterkte beoordeeld door een van de drie hoogste bordspelers. Er is een 10-tal commissie bestaande uit één bestuurslid en één speler van de beide teams. Op 1 december 1950 wordt Jhr. J.M.R. Radermacher Schorer aangenomen als lid, de latere club- en gemeentelijk kampioen. De Steegse Schaakclub organiseert de kampioenswedstrijden van de gemeente Rheden. De heer Van Perlo wordt kampioen. Tussen 18 april en 9 juni 1951 speelt VSV 1 na het behaalde kampioenschap liefst vijf promotiewedstrijden waarvan er drie worden gewonnen maar wat niet tot promotie leidt. Toen en nog vele jaren daarna spelen alle OSBO-teams met tien spelers. De heer Bottema, bloemist en kweker, is meestal te vinden aan het eerste bord, de heer Van Gorkum, groentehandelaar, aan bord drie. Zij scoren uitstekend. Het kampioenschap wordt niet gevierd, met het oog op de kaspositie. Wel vindt een gezellige avond met weer een gongwedstrijd plaats. Prioriteit ligt bij het aanvullen van het materiaal, in het bijzonder schaakklokken. Ook nu bestaan alle prijzen voor behaalde resultaten weer uit rookartikelen. Wellicht heeft een van de leden een sigarenwinkel.


Jaarvergadering OSBO 15 september 1951: Het voorstel v.h. Bondsbestuur op de klok schaken verplicht te stellen zullen we ondersteunen. In een bestek van 3 jaar zal elke club minstens 5 klokken moeten bezitten terwijl de bezoekende club verplicht is op verzoek haar klokken mee te nemen.


Het opruimen na de partijen is ook nog wel eens punt van discussie.


De voorzitter verzoekt de leden steeds de gebruikte stukken op te bergen. Besloten wordt dat dit de taak zal zijn van de laatste witspeler. Op voorstel van Hr. Teunissen zal hierop ƒ 0,10 boete gesteld worden. Met de inning hiervan zal Hr. Janssen zich belasten als meestal laatst aanwezige. Hr. Steenstra dringt nogmaals aan op nummering der stukken.


De secretaris schrijft het volgende jaarverslag over 1951-1952 goedgehumeurd:


In de vereniging heerste de prettige geest die ons allen Vrijdagsavonds met plezier naar het NHV-gebouw doet tijgen. Dit is belangrijk want het zegt veel in welke sfeer zij onze sport beoefenen. Door geregeld te komen vrolijkt U de clubavond met Uw aanwezigheid op en werkt U er aan mee dat de wedstrijdleider niet zoveel grijze haren krijgt. … Als variatie op de gebruikelijke rookartikelen hadden we prijzen vastgesteld waar de Staatsloterij jaloers op zou zijn.


In de Jaarvergadering van 1952 wordt heel voorzichtig gevraagd of VSV zich misschien ook met jeugdschaak moet gaan bemoeien omdat dit in het gehele land zo gepropageerd wordt. Afgesproken wordt dat de heren v. Beek en Germeraad het zullen onderzoeken. De laatste jaren worden belangstellenden unaniem aangenomen als lid. Wethouder Berendsen opent de wedstrijden om het persoonlijk kampioenschap van de gemeente Rheden van 1953, die een traditie beginnen te worden. Ditmaal zijn er 32 deelnemers, van wie 22 lid zijn van VSV. Opgemerkt wordt dat de interesse bij de andere verenigingen dit keer wel heel slecht is.


Na een emotionele strijd tussen v. Gorkum en Steenstra verwierf eerstgenoemde het kampioenschap en de wisselbeker.


Op 1 juni 1953 bedankt de pas 21-jarige Van Perlo als lid, hij gaat over naar ASV. Later wordt hij grootmeester in het correspondentieschaak en heeft hij een wereldwijd geroemd en prijswinnend standaardwerk over eindspeltactiek geschreven, dat in 2014 opnieuw in een bewerkte editie is uitgegeven door New In Chess. Zijn vertrek is een gevoelig verlies voor de club en een paar maanden later gaat ook de sterke Mevius, zij het voorlopig, maar hij komt niet meer terug. Het is zeker in de jaren vijftig maar ook nog in de jaren zestig zeer ongebruikelijk om voornamen te gebruiken. Schakers hebben geen voornaam! Dit geldt van hoog tot laag, het was dr. Euwe, Donner in de landelijke top, en Van Perlo en Germeraad bij VSV. Toen later zoon Jan Germeraad lid werd, hadden we Germeraad sr. en Germeraad jr. Vrijwel niemand heeft ooit de voornaam van Germeraad sr. gekend. Pas in de jaren zeventig doet het gebruik van voornamen schoorvoetend zijn intrede. Terwijl de rookartikelen verdwijnen worden de voornamen zichtbaar.

Vrijdag blijft de clubavond. Het NHV-gebouw biedt geen andere mogelijkheid. Het vooronderzoek naar mogelijkheden tot jeugdschaakactiviteiten levert weinig concreets op. De suggestie wordt gedaan een jeugdschaakrubriek in de Velpsche Courant in te richten. Ook voor het 20-jarig jubileum in 1954 wordt een leuk idee geopperd, namelijk het organiseren van een schaakspel met levende figuren in het Openluchttheater. In maart 1954 wordt de heer Zinnemers lid. Daarentegen bedankt de heer Kerkkamp in juni wegens afgenomen interesse. Hij is volgens het jaarverslag nog het enige lid dat de oprichtingsvergadering in 1934 heeft bijgewoond. Hij speelt nog altijd aan het vierde bord van het eerste team. Dit bestaat in bordvolgorde uit de heren v. Gorkum, Bottema, Germeraad, Kerkkamp, v. Beek, Radermacher Schorer, Steenstra, Stubbe, de Winter en Janssen. In mei wordt een massakamp nipt verloren van het Arnhemse Koningsloper, 8½-7½. De heer Weidema corrigeert het jaarverslag van de vorige keer, want hij meldt dat ook hij bij de oprichtingsvergadering van VSV aanwezig was. De voorzitter beveelt op verzoek van de KNSB de aan- en verkoop van loten aan voor een deel van de financiering van de Schaakolympiade in Amsterdam. De jeugdschaakrubriek in de Velpsche Courant is er daadwerkelijk gekomen en wordt een succes genoemd. De heer Tyssen stelt zich voor dat de Velpsche Courant in de Kerstvacantie een wedstrijd voor scholieren organiseert waarbij leden van VSV zullen assisteren. Oprichting van een jeugdafdeling wordt nog niet waarschijnlijk geacht. Ook op voorstel van de heer Tyssen wordt een invitatietoernooi voor alle Velpse schaakliefhebbers georganiseerd dat per advertentie wordt aangekondigd. Negen niet-leden nemen hieraan deel. Het jubileum wordt met een gongwedstrijd en een gezellige avond met de dames der leden gevierd. Het gevolg van het invitatietoernooi is dat het ledental op een ‘ongekende’ hoogte van 32 heeft gestaan, daarna is het teruggelopen naar 24, een vrij stabiel aantal gedurende een aantal jaren. De secretaris vraagt suggesties te doen om te voorkomen dat nieuwe leden vrij snel weer vertrekken. Aan de sfeer kan het volgens hem niet liggen. In het voorjaar van 1956 doorbreekt R. Steenstra de zegereeks van F. van Gorkum bij het gemeentelijk kampioenschap. Dat doet hij in 1960 nog een keer. Van Gorkum behaalt in deze periode de titel zes keer. Kampioenen van de 2e en 3e klas worden de bekende Rhedense schakers Matser en Horstink. Het jaarverslag 1955-1956 begint met een wat ongebruikelijk formele tekst:


Gelukkig is een schaakvereniging een club die meestal slechts 1x per jaar een officiële vergadering houdt. De andere avonden brengen we liever achter het schaakbord door. Toch is het nodig dit officiële 1x per jaar te plegen. We moeten samen de belangen van de club bespreken en er samen iets van maken. De belangen van onze club wil ik in 2 groepen splitsen: De clubsfeer prettig te houden zodat we elke Vrijdagavond als een feestavond, een „uitje” beschouwen. Dat deze sfeer dit jaar aanwezig was meen ik wel als vaststaand te mogen constateren. Schaakbelangen. Maar niet alleen voor de gezelligheid komen we bijeen. We willen ook wat presteren op schaakgebied. We doen allen ons best in de interne competitie om een zo gunstig mogelijke plaats in een der tientallen te verwerven. In dit 10-tal doen we ons best voor ons zelf maar tevens voor een goed clubresultaat. Belangrijk is: als club goede resultaten te bereiken. Dit kunnen we alleen door goede concentratie en door regelmatige training. Deze training moet voortkomen uit de interne competitie.


Voor het eerst duikt het systeem Keizer op, besloten wordt dit vanaf het seizoen 1956-1957 toe te passen. Een van de leden stemt tegen invoering omdat hij vindt dat de wedstrijdleider hierdoor een te zware taak krijgt. De contributie gaat weer eens omhoog, naar ƒ 1,75 per maand.


In juni 1957 organiseerde de schaakclub Rheden ter gelegenheid van hun 25-jarig bestaan een nederlaagtoernooi. Hieraan deden mee Brummen, Doesborg, Koningsloper Arnhem en VSV. De club die Rheden de grootste nederlaag toebracht kreeg als prijs een schaakklok. Deze prijs kwam in ons bezit door een flinke 8½-1½ overwinning.


VSV 1 speelt in de OSBO-competitie tegen Ede 1, Bennekom, Ritmeester 1, Veenendaal 1, Koningsloper 1 en ASV 3. Alleen van Bennekom wordt ruim gewonnen. VSV 2 neemt het op tegen Doesborg, Eerbeek, De Steeg, Voorst, ASG 3 en RST 1. Alles gaat verloren met degradatie als gevolg. RST is de afkorting van het wat mysterieuze Rheden Schaakt Toch. In het geschrift is de volledige eindstand van de eerste interne competitie volgens het systeem Keizer opgenomen. Dhr. Van der Heyden wordt afgetekend kampioen. Hij woont in Arnhem en is maar ruim een jaar lid. Onder de eindstand staat dat het systeem heeft voldaan maar op enkele punten moet worden bijgeschaafd, bijvoorbeeld ten aanzien van de puntenwaardering van OSBO-wedstrijden. Het ledental blijft zich net boven de twintig bewegen en is krap voldoende om met twee tientallen te blijven spelen.


De heer Teunissen dringt er op aan dat de 10-tal commissie zich het hele seizoen daadwerkelijk met de 10-tal samenstelling en invallerkeuze zal bemoeien.


Clubkampioen 1957-1958 wordt de heer M. van Loon vóór de coryfeeën Van Gorkum en Steenstra. Ook Van Loon blijft maar anderhalf jaar lid, hij stopt om studieredenen. In de vergadering van 5 september 1958 neemt de voorzitter een voorschot op de verre toekomst.


Hij prijst de schoonheid van het schaakspel en meent met een gerust hart door te kunnen gaan nu gebleken is dat de electronische schaakmachine diverse malen partijen verloren heeft.


Het voor de interne competitie gehanteerde systeem blijft onderwerp van ‘ellenlange’ discussies in diverse Jaarvergaderingen. Het gaat over punten die een halve eeuw later nog steeds gespreksstof opleveren, zoals hoe vaak men in een seizoen tegen elkaar kan spelen, het meenemen van resultaten in de OSBO-competitie en een vergoeding bij afwezigheid. Er wordt nu wel volgens systeem Keizer gespeeld maar ook is een half seizoen in groepen spelen nog niet van de baan, waarbij Keizer dan als voorwedstrijd dient. In september 1958 werden twee massakampen gespeeld, een destijds populair onderdeel van het jaarrooster. De Steeg wordt met 7-4 verslagen en tegen Koningsloper wordt het 8½-8½. Van Gorkum wordt zowel club- als gemeentelijk kampioen. In de OSBO-competitie gaat het minder goed, de secretaris zegt daar iets over in het jaarverslag.


Het 1ste 10-tal degradeerde naar de 2e klas en ook het 2de 10-tal promoveerde niet. Van het 1ste tiental is dit een slecht resultaat. Werd er interesseloos gespeeld? Ik ben geneigd dit soms te denken, hoe is het anders verklaarbaar dat we verloren van Beekbergen met 4½-5½ en dat we deze zelfde vereniging in een nederlaagtoernooi 8½-1½ te incasseren gaven! Het zal moeilijk zijn het verloren gegane terrein te heroveren; als we ons echter voor 100% geven moet dit m.i. mogelijk zijn. Laten we vanavond afspreken: Het moet, op naar de 1e klasse.


Het ledental schommelt erg, van 25 via 31 terug naar 23.


Deze mutatie is te gek. Weest dus allen propagandisten voor vrouwe Caissa!


In oktober 1958 wordt H. van Aalst lid. Vele jaren daarna is hij directeur van het H.A. Lorentzhuis dat lange tijd onderdak biedt aan de vereniging. Op 22 October 1959 bestaat VSV 25 jaar.


Ter herdenking hiervan werd een diner gehouden in hotel Bronckhorst, waaraan alle leden, zonder hun dames aanzaten. Het menu bestond uit een Toastje zalm à la Botwinnik, (Cham)pionnensoep, Middenspel à la Schnitzel met diverse Groentevariaties, Eindspel: Poire Belle Hélene, Matdreiging: Rode of Witte wijn. Het diner werd tevens bijgewoond door de heren Timmer en Wille van het OSBO-bestuur.


Er vinden ook jubileumwedstrijden plaats met onder andere een handicaptoernooi. Een mooi besluit van het jubileumjaar is dat zowel VSV 1 als 2 kampioen worden. Er is wel iets voorgevallen, het gaat over het noteren in tijdnood, of in elk geval streepjes zetten en bijwerken van de notatie na de tijdnoodfase. Er wordt ook uitleg gegeven over het opeisen van remise bij drie keer dezelfde stand met dezelfde speler aan zet.


Door een onaangename wedstrijd met NOV 1 uit Nijmegen kwam het OSBO-bestuur er aan te pas, wie in dat vele geharrewar gelijk had. Dat gelijk kregen wij, wat inhield dat ons eerste 10-tal kampioen was.


Uit de ranglijsten blijkt dat Steenstra en Van Gorkum deze jaren regelmatig strijden om de vraag wie van hen de sterkste schaker is.

Geschreven op 03 maart 2017.

Reacties

Reageren kan enkel als je ingelogd bent.

Nieuws

26/11 | Open Kampioenschap Gemeente Rheden 2023 op 16 december 2023

26/11 | Grootste Pepernoot 2023 is Dion Vaessen

20/10 | Stijn de Jonge is Jeugdkampioen van de gemeente Rheden 2022

20/10 | Wouter van Rijn is Kampioen van de gemeente Rheden 2022

19/09 | Schaak-Off 2022 bij Velp op 23 september

Kalender

« Apr, 2024 »
madiwodovrzazo

1

2

3

45

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25

26

27

28

29

30


Komende agendapunten:

03/05: Schaakschool GEEN SCHAKEN - Vakantie van 18:15u tot 20:00u

03/05: Algemeen Rapid Toernooi Ronde 7, 8 en 9 van 20:00u tot 23:30u

10/05: Schaakschool van 18:15u tot 20:00u

Puzzel